Het belangrijkste om te onthouden
De vrijwilligersvergoeding (ook wel bekend als vrijwilligersregeling) is geen betaling voor het doen van vrijwilligerswerk. Het is bedoeld als vergoeding van alle door de vrijwilliger gemaakte onkosten in verband met het vrijwilligerswerk, dus inclusief bijvoorbeeld reiskosten en vergoedingen in natura. Als het totaal bedrag van vergoedingen (financiëel en in natura) onder de € 210,- per maand en € 2100,- per jaar blijft (respectievelijk € 180,- en € 1.800,- in 2022 en 2021 en €1900 in 2023), zijn bewijzen dat de vrijwilliger deze kosten daadwerkelijk heeft gemaakt niet nodig en hoeft ook geen belasting betaald te worden over de vergoeding. De bedragen zijn per vrijwilliger, ook als hij bij meerdere organisaties zijn vrijwilligerswerk doet.
Het grote voordeel van deze regeling: Zolang deze bedragen niet worden overschreden, hoeven zowel vrijwilligersorganisatie als vrijwilliger deze onkosten niet aan te tonen. Zij hoeven hiervoor geen administratie bij te houden, dus geen bonnetjes of urenadministratie, en de ontvangen bedragen hoeven zij ook niet door te geven aan de Belastingdienst.
Veel gestelde vragen (FAQ)
Hieronder volgen de antwoorden op veelgestelde vragen. Wij hebben geprobeerd deze antwoorden zo duidelijk mogelijk te maken zonder in juridisch jargon te vervallen. Het overgrote deel van vrijwilligersorganisaties en vrijwilligers vinden hier de antwoorden waarnaar zij op zoek zijn. Staat het door jou gezochte antwoord er niet bij? Kijk dan bij de verdieping of stel je vraag op Vraag en deel.
- Wanneer kom ik in aanmerking voor een vrijwilligersvergoeding?
- Wie betaalt de vrijwilligersvergoeding of een andere onkostenvergoeding?
- Ben ik als organisatie verplicht een vrijwilligersvergoeding of andere onkostenvergoeding te betalen?
- Ik ben als organisatie niet in staat om een vrijwilligersvergoeding of andere onkostenvergoeding te betalen, wat nu?
- Heb ik als vrijwilliger recht op de vrijwilligersvergoeding of een andere onkostenvergoeding?
- Zijn er andere mogelijkheden behalve de vrijwilligersregeling om onkosten te vergoeden?
- Kan ik halverwege het jaar van regeling veranderen?
- Mijn onkosten zijn hoger dan de maximale bedragen uit de vrijwilligersvergoeding, wat nu?
- Ik ontvang de maximale vrijwilligersvergoeding. Mag ik daarnaast ook nog een vergoeding krijgen voor reiskosten?
- Ik doe vrijwilligerswerk bij meerdere organisaties. Mag ik dan ook meerdere malen de maximale bedragen uit de vrijwilligersregeling ontvangen?
- Wanneer is de onkostenvergoeding aftrekbaar voor de belasting?
- Ik heb een uitkering. Mag ik toch een onkostenvergoeding ontvangen?
- Waar vind ik alle informatie bij de Belastingdienst?
Je kunt in aanmerking komen voor de vrijwilligersvergoeding als:
Zowel de maximale vergoeding van €190,- per maand als die van €1.900,- per jaar niet worden overschreden. (Respectievelijk € 180,- en € 1.800,- in 2022 en 2021.)
- Het gaat om arbeid dat niet bij wijze van beroep verricht wordt voor een algemeen nut beogende instelling, een sportorganisatie of een organisatie die niet aan de vennootschapsbelasting is onderworpen of daarvan is vrijgesteld.
- Is het totaal aan vergoedingen aan de vrijwilliger hoger dan een van de maximale normbedragen, dan zijn zowel de organisatie als de vrijwilliger verplicht daarvan aangifte te doen. Via het IB 47 formulier kan de vereniging in één keer achteraf van alle vrijwilligers de ontvangen vergoeding opgeven aan de Belastingdienst. Als een van de maximale normbedragen wordt overschreden en niet kan worden aangetoond dat de vrijwilliger dit gehele bedrag in het kader van voor vrijwilligerswerk gemaakte onkosten heeft uitgegeven, is men over het gehele bedrag belasting verschuldigd.
- Je kunt er voor kiezen om in plaats van de vrijwilligersvergoeding de daadwerkelijk en aantoonbaar gemaakte onkosten te vergoeden. Hiervoor geldt geen maximum. Deze keuze geldt echter voor het gehele fiscale jaar. Je kunt niet halverwege het jaar van keuze veranderen. Zodra een van beide maxima (€ 190,- per maand, € 1.900,- per jaar) overschreden wordt, moet organisatie zowel als vrijwilliger aangifte doen (zie punt 1) Om te voorkomen dat over de onkostenvergoeding belasting betaald wordt, moeten alle onkosten aantoonbaar gemaakt zijn met behulp van administratieve bewijzen (bonnetjes etc.) . Tips over het onderbouwen van onkosten, vind je in de verdieping.
Reiskosten
Zoals in de inleiding al aangegeven, de vrijwilligersregeling is een vergoeding van alle gemaakte onkosten, dus inclusief reiskosten en vergoedingen in natura. Ook maakt het niet uit of je deze onkosten bij verschillende organisaties hebt gemaakt. Zodra het totaal aan vergoedingen een van de maximale bedragen van € 190,- per maand en € 1.900,- per jaar overschrijdt, is de vrijwilligersregeling niet meer van toepassing, dat heeft consequenties.
Wie betaalt de vergoeding?
De vrijwilligersorganisatie waar de vrijwilliger werkzaam is, betaalt de vrijwilligersvergoeding of een andere onkostenvergoeding. De organisatie is echter niet verplicht om een vergoeding te betalen. Als alternatief kan een organisatie de mogelijkheid bieden de vergoeding aftrekbaar te maken. De vrijwilliger heeft dan ook geen recht op een vergoeding. Wel vinden veel vrijwilligersorganisaties het principieel wel zo netjes als de vrijwilligers zelf geen kosten voor het vrijwilligerswerk hoeven te maken.
Aftrekken als gift
De mogelijkheid bestaat als vrijwilliger de onkostenvergoeding als gift op te voeren en zo aftrekbaar te maken voor de belasting. De organisatie dient daarvoor een verklaring op naam op te stellen waarin zij aangeven dat zij het declarabele bedrag van de vrijwilliger (of de maximale maand/ jaar vergoeding) als gift aanmerken. Met deze verklaring komt de gift in aanmerking voor de giftenaantrek in de aangifte inkomstenbelasting mits de organisatie een door de Belastingdienst erkende ANBI (Algemeen Nut Beogende Instelling)of SBBI (Sociaal Belang Behartigende Instelling) is.
Uitkeringsgerechtigden
In principe mogen uitkeringsgerechtigden hetzelfde ontvangen als andere vrijwilligers, behalve mensen jonger dan 27 die een bijstandsuitkering ontvangen. Zij zijn in de Participatiewet uitgezonderd en het is verstandig dat zij bij de Sociale Dienst controleren of zij echt de regels volgen. Ook is het mogelijk dat de uitkeringsinstanties aanvullende eisen stelt, bijvoorbeeld een meldingsplicht. Het is daarom altijd verstandig om bij de uitkeringsinstantie te informeren naar de regels rondom de uitkering en het doen van vrijwilligerswerk.
Verdieping
Definities
In de voortgaande discussie over wat nu precies onder vrijwilligerswerk en vrijwilligersorganisaties wordt verstaan, heeft de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in het kader van de regeling Vrijwilligerswerk in de WW
Het volgende gesteld:
het verrichten van vrijwilligerswerk is mogelijk bij een organisatie of instelling waar werkzaamheden worden verricht met een algemeen of maatschappelijk nut. Hieronder wordt verstaan een algemeen nut beogende instelling (hierna: ANBI), een sociaal belang behartigende instelling (hierna: SBBI), of andere niet-commerciële instellingen die nagenoeg uitsluitend het algemeen belang dienen met algemeen nuttige activiteiten, zoals bijvoorbeeld sportverenigingen, scholen, zorginstellingen, vakbonden en buurtcentra. Waarbij er geen winststreven mag zijn omwille van de winst zelf. Een organisatie of instelling die exploitatieoverschotten behaalt bij het uitvoeren van haar feitelijke werkzaamheden in het kader van haar doelstelling (de algemeen nuttige werkzaamheden) en deze aanwendt ten bate van dat algemeen nut, heeft niet direct een (commercieel) winstoogmerk in de zin van deze regeling.
Onderbouwing reiskosten
Als de vrijwilliger met het openbaar vervoer reist, is de onderbouwing van de reiskosten redelijk eenvoudig. De kaartjes voor trein, bus, tram en taxi gelden als legitieme onderbouwing. Ook bij het gebruik van de eigen auto kunnen vrijwilligers de werkelijke kosten van een auto per kilometer vergoed krijgen. Om inzicht te krijgen in de werkelijke kosten van een auto kan men de ANWB raadplegen. De ANWB heeft staatjes waarin voor bijna elk autotype wordt aangegeven wat de gebruikskosten zijn. Deze staatjes geven een goede indicatie en zijn als zodanig bruikbaar voor de onderbouwing van de kilometervergoeding.
Informatie Belastingdienst
Op de website van de Belastingdienst staat precies hoe de Belastingsdienst omgaat met de vrijwilligersvergoeding:
- Vrijwilligersvergoeding
- Vergoeding voor gemaakte kosten
- Vergoeding voor inzet én kosten
- Vrijwilligersvergoeding en giften
Bron: NOV